Open grenzen

Deel dit op social media!

Hoe ben jij ooit in Tsjechië terecht gekomen, wordt mij wel eens gevraagd.

De eerste keer naar Tsjecho-Slowakije

Ergens in het voorjaar van 1988 was ik met een collega in Den Haag voor een `klusje` toen hij plotseling van de route afweek. We stopten bij het Tsjechische consulaat. Ik moet eventjes iets voor mijzelf doen, zei hij. Liet mij alleen achter in de dienstauto en kwam na ruim 20 minuten terug. Zo, geregeld zei hij. Een visum voor het Oost-Europese land Tsjecho-Slowakije.
Ik wist dat hij met een Tsjechische was getrouwd; een vlotte spontane meid, in 1969 gevlucht uit Tsjecho-Slowakije. Als ooit de grenzen opengaan moet je eens met vakantie naar Tsjecho-Slowakije gaan, zei hij. Mooi land, schitterende natuur, goedkoop en vriendelijke mensen.
Nam het voor kennisgeving aan. Maar toen de grenzen in 1989 inderdaad open gingen en je zonder visum het land in mocht spookte die opmerking van mijn collega mij door het hoofd. Tsjechië hopelijk een stuk goedkoper dan Frankrijk voor een gezin met drie jonge kinderen.

En zo toog het jonge gezin in 1990 met een afgeladen dakkoffer op de auto, twee tentjes en de hele mikmak naar Tsjecho-Slowakije. Een beetje op zijn Janboerenfluitjes, zonder vast omlijnd plan. Bij het naderen van de Duits-Tsjechische grens bij Waidhaus raakten we verzeild in een enorme rij vrachtwagens, soms langzaam rijdend, vaak stilstaand. Toen ik merkte dat er personenauto's gewoon op de enkelbaansweg de file voorbij reden, trok ik de stoute schoenen aan en verliet ook de rij vrachtauto's.
Aangekomen bij de Duitse grenspost sloten we aan bij een dubbele rij van personenauto's, voornamelijk met Duitse en Oost-Europese kentekens. Zo te zien uitgebreide controles! Na een minuut of tien te hebben gewacht naderde een breedgeschouderde man in groen uniform onze auto. Ik werd "gesommeerd" om de file te verlaten en mee te gaan met de barse Duitse douanebeambte. Vriendelijkheid was ver te zoeken. Nu zul je het hebben, zei ik ik tegen mijn vrouw. De kindertjes angstig stil op de achterbank. Maar.....het viel mee!!. De barse man vroeg mij naar de paspoorten en autopapieren, snuffelde er even in en gaf het teken dat we door konden rijden. Een zucht van verlichting, we waren de Duitse grenspost voorbij. Nu de Tsjechische nog. Maar helemaal geen probleem. Niks controle en de Tsjechische douaneman wenste ons in zijn beste Nederlands een goede reis en een prettige vakantie. Op ons gemak tuften we met een gangetje van zo'n 60 km/uur over de niet al te beste wegen naar een camping bij Nepomuk.
En het werd een mooie vakantie. De eerste en er zouden er nog vele volgen.

Goede tijden in Tsjechië

Na verloop van jaren werden de controles bij de verschillende grensovergangen steeds soepeler. We hadden bij Cham een grensovergang ontdekt waar nog nauwelijks controle was. En toch hebben we hier de naarste ervaring met de Duitse grenspolitie gehad.
Het liep tegen de tijd dat ook alle controles bij de grens zouden worden afgeschaft. Maar zover was het nog niet! Je kon nog altijd een vervelende douaneman/vrouw of politieagent tegenkomen en dat hebben we geweten. Samen met vriend Eggie waren we op de terugweg naar Nederland. Eggie reed. Regenachtig troosteloos weer, 's ochtends om een uur of zeven. Geen kip op de weg. We stopten keurig bij de grenspost die alleen nog werd bemand door de Duitse douane. We hadden al een aantal minuten gewacht bij de grenspost. Geen beweging te zien in het van matglas voorziene wachthok. Het duurde Eggie kennelijk wat te lang en zette de auto in langzaam vooruit.
Wonderbaarlijk hoe snel de Duitse beambte, type Duitse Bertha (sorry voor de mensen met wat overgewicht) uit die keet kwam. En het ergste was dat zij haar pistool gericht had op de auto, roepende halt, halt. Langzaam de auto achteruit. "Ich habe nicht gebunkeld", brulde de vrouw, wat dat ook maar moge betekenen. Erg vervelend, zo'n pistool op je gericht. Een uitgebreide controle was ons deel. Uitstappen, kofferbak helemaal leeg maken. Daar zat gelukkig niet veel in. Twee kleine tassen met wat kleding en een tray met eieren die we van Tsjechische vrienden hadden mee gekregen. Maar toen vond de dame de grote lege gastank in de auto. Daar werd stevig op geklopt. uiteindelijk werd er niks aangetroffen door de mopperende tante en mochten we na een half uur, een beetje verregend, doorrijden. Machtswellust ten top.

Een paar maanden later werden de controles opgeheven en was de hele grenspost met keet en al verdwenen.

In 1994 scheidde Slowakije zich af en ging Tsjechië alleen verder, vreemd dat daar nu weer een grens werd opgetrokken. Maar, al met al, 30 jaar vakanties gevierd in het vrije Tsjechië, een klein oud boerenstulpje gekocht en opgeknapt. Na bijna 30 jaar hebben we het huisje met pijn in ons hart verkocht. Het kon fysiek niet meer.

Ik ben geen Eurofiel.

Ik zie ook de nadelen. En Frans Timmermans is nou niet direct mijn man. Toch mijn stem aan hem gegeven want ik zie de voordelen van een groot en vrij Europa. Zonder belemmerende grenzen, met opbloeiende economieën. Geen lange files voor de grens, geen papieren rompslomp, betere autowegen, mogelijk minder corruptie. Ik weet het; het is ook eigenbelang natuurlijk. Er is nog genoeg te doen in een vrij en grenzenloos Europa. Maar waar leg je de grens. Ten tijde van het schrijven van dit epistel was nog niet bekend of onze Frans voorzitter is geworden van de Europese Commissie. Ik heb grote twijfels of hij dat gaat worden: meneer Timmermans heeft zich niet erg geliefd gemaakt bij de voormalige Oostbloklanden en dus ook niet in Tsjechië. Men pruimt hem gewoonweg niet en dan komen toch de oude communistische ideeën weer om de hoek kijken. Let op, hij wordt weggebunkeld.

terug